Klik rechts om naar www.mopti.nl te gaan
Klik hier voor de printversie

Dit is Willem Snapper's nieuwsbrief nr 48 van 2 december 2007.
Ik verstuur geen nieuwsbrieven meer per email, behalve op uitdrukkelijk verzoek.
U kunt zich ook aan- of afmelden voor de aankondiging: wsnapper@mopti.nl


Waarin de tuin in Sangubaka 7,5 meter verschuift
en
Waarin iets "verschrikkelijks" gebeurt

Het is geloof ik helaas de langste nieuwsbrief tot nu toe, mijn excuses.

Dinsdag 27 november 2007
Laat ik beginnen met de zevende dag van onze reis naar Mali. We zitten in Marakech, zo goed en zo gaat als het gaat beweeg ik mij voort met behulp van de krukken van mijn moeder. Het gaat wel iets beter, maar de pijn is lang niet weg. Ik vermoed dat er iets in mijn voet verschoven of verrekt is. We rijden door een steeds mooier wordend landschap en passeren de 2800 meter hoge Tizi N'Tischka pas. Jiek koopt de prachtigste blauwe edelstenen, als die toevallig nat worden verbleekt de blauwe verf, Jiek voelt zich zwaar bedonderd. Beneden nemen we de lunch in een klein tentje langs de weg en vervolgen onze tocht door een prachtig sub-Sahara landschap met vooral tegen de avond steeds roder kleurende luchten. We kamperen in een oase van palmbomen. Het is die avond behoorlijk fris, we trekken alles aan wat we hebben.

Het is nu dinsdagmiddag half vijf, ik zit op mijn dak, er staat een frisse wind. Het weer is volledig omgeslagen, de warmte is uit de lucht, ondanks dat het weerbericht aangeeft dat het vandaag 33 graden moet zijn. Het is voor mij op de grens van te koud. Paul en Kim vinden het wel best zo. Vanmiddag zijn de twee Amerikanen gearriveerd. Max, een mager en tengere jongen, ik denk ongeveer 22 jaar, vlasbaardje, Nancy een mooie vrouw met in elke wang een zilveren knopje, een oorlel met een klein doorzichtig stukje glas, nou ja klei, ter grootte van een stuiver, een decolleté dat diverse tatouages verraadt, zelfde leeftijd. Ze zijn natuurlijk op weg naar mijn huis weer verdwaald. Nadat Sékou en ik een gesprek hebben gehad met de direkteur van de school La Tolérance over de magere resultaten van de Sanogo's, komen we het stel tegen en samen rijden we naar mijn huis. Ze vertellen over hun reis, we drinken thee en ze lijken mij heel vriendelijk, bescheiden en aardig, de volgorde laat ik aan de lezer over. Ze hadden mijn naam al opgevangen in Mopti, door het bordje in de cyber van Bakary: Salle Willem Snapper. Na een uurtje zoeken ze hun bed op, ze hebben tenslotte iets in te halen na de lange nacht in de bus. Ze zijn erg gelukkig even vastigheid onder de voeten te hebben geloof ik.

Terug naar maandag. Dat is de achtste dag en nadat we ons kampement hebben opgebroken rijden we via de prachtigste landschappen richting de kust. Dit is duidelijk een van de mooiste trajecten van de reis. Zodra je bij de kust komt, wordt het landschap saaier. Nog altijd zijn de wegen perfect en er is niet veel verkeer. De afstanden worden groter, we kijken niet meer op van een bord met een kilometrage van meer dan 1100 kilometer. We rijden gestaag door, blik op oneindig, snelheid meestal rond de honderd kilometer per uur. Ik kan mij niet goed herinneren waar we hebben overnacht, het moet ergens buiten zijn geweest, de tijd van de hotelletjes hebben we definitief achter ons gelaten. Wacht even, we sliepen tegen mijn zin pal aan zee, onze tenten verankerd met alle grote stenen die we konden vinden.

onheispellende plek boven de rotswand

Het was die nacht koud, erg koud. 's-Nachts rukte de storm aan onze scheerlijnen en beukte de zee tegen de steile rotswanden en had ik angstige dromen dat we met rots en al in de diepte zouden verdwijnen.

Nog steeds maandag dus. Ik rijd met Baba naar Sangubaka voor het eerste tuinenproject. Vergadering met de vrouwen, die niet komen opdagen, omdat ze moeten koken.

vergadering in Sangubaka, manne vooraan, vrouwen en kinderen achter

Een beetje flauwe smoes. Maar het mag de pret niet drukken. We geven te kennen dat we volgende week maandag spijkers met koppen willen slaan, dan moeten de vrouwen echt aantreden, dan kiezen we ook een bestuur en zien we, wie er wel en niet geinteresseerd zijn. Baba heeft bedacht dat ze 200 Fcfa moeten betalen als entreegeld (30 Eurocent), ik hoop dat die drempel niet te hoog is. Het is nochtans wel een middel om te zien hoe serieus ze zijn!

Dinsdag 27 november weer. Ik ben vanmorgen alweer naar Sangubaka geweest, het wordt nu echt menens. Samen met de puisatier Abdoulaye Niangaly gaan we uitmeten waar de put precies moet komen. En waar ik al bang voor was, zijn er al onmiddellijk dingen die anders moeten. De afmetingen van de tuin moeten worden aangepast, de 100m bij 100m passen niet tussen twee pistes, dus veranderen we die in 70x130 meter, wat een enorme lap grond trouwens, ik kijk mijn ogen uit. Thuisgekomen maak ik een nieuwe tekening en ik zie dat we de put niet juist hebben gepositioneerd, maar dat is nu nog makkelijk te veranderen. Morgen ga ik met Baba naar de bank om de eerste aanbetaling voor Niangaly te regelen, hij wil daarna meteen beginnen. Kijk daar houd ik van, de handen uit de mouwen.
Vanmiddag kwam Christian om met Dramane te bellen. Ik ben nog steeds beduusd dat ik zo gemakkelijk en goedkoop met westerse landen kan bellen en nu ook met telefoonnummers!

grand-mère aan de microfoon, in gesprek met Dramane, op de voorgrond zijn petit-frère

Het werd een opgewekt gesprek met Dramane, het klonk zo dichtbij en vertrouwd. Hij woont tijdelijk bij Alberto thuis. De operatie is vastgesteld voor 14 december, waarom zo lang moet worden gewacht is mij een raadsel. Hij had genoten van een tochtje met de auto naar het strand en naar de bergen.

En op de negende dag begint de brandstofpomp van Gerard's auto opeens te lekken. De snelheid is er even uit. Het landschap van de Spaanse Sahara is min of meer eentonig, maar ook niet saai. Er hangt een enigszins ongemakkelijke sfeer over de voormalige Spaanse kolonie. Soms rijd je langs de zee, soms buigt de weg een beetje het land in. De benzine wordt zwaar gesubsidieerd, dat is prettig tanken. We komen niet verder dan Boujdour en daar schakelen we een garage in. Het wordt een ingelaste vrije dag, terwijl Gerard zich in een taxi 200 kilometer terug laat rijden om onderdelen te kopen.

ons hotel in Boujdour, rechts de kapper

Erik, Jiek en ik genieten van terrasjes, koffie en ommeletten. En we slapen toch weer in een hotel. Gerard komt in het donker terug met de spullen, het is voor de garage net te laat om het lager te vervangen, zodat we in elk geval de volgende ochtend niet vroeg zullen vertrekken.

Het loopt allemaal een beetje doorelkaar. Paul is momenteel de kok. Hij heeft al twee dagen gekookt en hij doet dat nu dus ook voor de Amerikanen, die helemaal zitten te glunderen dat ze zo rijkelijk bedeeld worden door Paul, ik ook trouwens, ze kunnen zich niet heugen dat ze aan een tafel hebben zitten eten, pilsje erbij, rijk gevulde borden, mijn mooie borden trouwens, die ik weer uit de kast heb gehaald. Het menu kent wel wat beperkingen, Max is vegetariër en Nancy zelfs veganiste. Kortom, ik ben jaloers op mensen met idealen, ik zou als vleeseter een voorbeeld aan ze moeten nemen. Paul heeft veel plezier in koken en het resultaat is er naar.

Woensdag 28 november.
Het is vanmorgen gruwelijk koud, ik had zelfs een dekentje nodig, de thermometer wijst 20 graden. Sékou komt me in zijn dikste jas begroeten, petje op, de kinderen lopen rond met jassen aan. Slechts een uurtje te laat komt Baba, we gaan geld halen voor de puisatier. En de laatste tekent het contract! Morgen gaat hij graven.
Ikzelf moet morgen onverwacht naar Mopti. Er is iets "verschrikkelijks" gebeurd. Ik heb het stuk grond gekocht voor het Centre Culturel!

ziehier het stukje Sahara waar misschien een Centre Culturelle gaat komen

Duurder dan mij eerst werd voorgehouden, goedkoper dan ik redelijk had geacht. Ik ben nu grootgrondbezitter: het terrein met het huis van Bakary, le petit palais met de annexe en nu het terrein voor het CC. Morgen dus haal ik een miljoen van de bank om een aanbetaling te doen. Daarna gaan we naar de Domeinen om uit te zoeken of het allemaal klopt en daarna kan eventueel de koop worden gesloten. Voor de rest ga ik afwachten en nadenken, ik ga niet direct bouwen, misschien kan ik iemand vinden die goeie ideeën heeft en kan ik uiteindelijk in Nederland proberen ergens een subsidie los te peuteren. Ik heb niet de middelen om het zelf te financieren en het is ook niet een project voor de Stichting Mopti, hoe leuk en nuttig ook. Paul maakt vanavond weer een heerlijke kool- en uiensoep en ik ontferm mij over de hoofdmaaltijd met twee sauzen: eentje met en eentje zonder gehakt, beide met spagetti. Paul zorgde weer voor het toetje: papaya met citroen en yoghurt. Het is lang geleden dat een zo lekker dessert heb gegeten.

Dag 10. De auto van Gerard is gerepareerd, de lekkage is verholpen. Aan het eind van de ochtend trekken we verder naar het zuiden, gas op de plank, de tegenliggers worden steeds schaarser. Aan het eind van de dag zien we een bordje Porto-Rico en dat lijkt ons een goede plek om te kamperen.

Porto Rico is dichtbij, het is in elk geval naar links

We rijden via een klein weggetje tot vlak bij zee en worden bijna weggejaagd door een tweetal militairen, die bang zijn dat we koers zetten naar de Canarische eilanden met een bootje illegalen of zo. En nadat we ze overtuigd hadden dat we echt geen whiskey hadden taaiden ze af naar hun kleine hutje honderd meter verderop.

30 november


Het kan goed zijn dat ik mij vergis in de kampeerplaats, het lijkt erop dat er een dag verschil is met Jiek's verslag.

Donderdag 29 november.
Mijn bezoek aan Mopti had nogal wat voeten in de aarde. Ik ben naar de bank in Sévaré gegaan om een miljoen te halen, als aanbetaling voor de grond en daar ontmoette ik Bakary. Ik vertelde glorieus van de aankoop van het terrein, maar zijn gezicht betrok meteen. Ik dacht nog, ik had het hem niet moeten vertellen, aan de andere kant, zoiets kun je toch niet verborgen houden. Hoofdschuddend hoorde hij mijn verhaal aan en is vooral bezorgd en bang dat ze me alweer een poot uitdraaien. En waar hebben we het over? Ja, voor menigeen is het een vermogen, in Mali, maar ook in Nederland. Het gaat om 6000 Euro, kom daar maar eens om in Nederland. In Mopti aangekomen voeg ik me bij Baba, die in een verhitte discussie is gewikkeld met de ook gearriveerde Bakary. De laatste draait enigszins bij en Baba en ik lopen naar de eigenaar van het stuk land. Met de papieren in de hand bezoeken we het kadaster en nu wordt het mij ook duidelijk hoe de terreinen zijn gelegen. We bezoeken ook de Mairie om te kijken of de papieren kloppen. Beide kantoren zijn weer een grote mash van papieren. De bureaus bulken van de paperassen. We rijden op de brommer van Baba terug naar de verkoper (Maiga) en ik probeer de prijs nog met een half miljoen naar beneden te krijgen. De verkoper is echter niet te vermurwen en niet veel later hap ik schoorvoetend toe.

het contract voor de aankoop van het terrein voor een toekomsteig Centre Culturelle

Oh uil, als ik thuiskom zie ik dat op het contract slechts wordt gesproken van één terrein en niet de overeengekomen twee! Ik ga morgen kijken of ik dat nog recht kan zetten.

Onze reis, de elfde dag.

1 december

Ik moet heel diep gaan, de Mauretaanse grens is te ver voor een dag, dus we moeten ergens hebben overnacht. Even spieken bij Jiek, maar hij is er niet duidelijk over, gewoon ergens in een stukje woestijn.

De Amerikanen koken vanavond, de aanrecht ligt vol met groentes.

vrijdag 30 november
En het eten was voortreffelijk, ze hadden van de groentes een overheerlijke curry gemaakt. Papaya met citroensap en yoghurt toe.

Dag twaalf. De grens met Mauretanië, het enige echt spannende stukje, echte piste, stenen en zand. Een beetje leedvermaak van mijn kant. Bij het allereerste stuk zand rijdt Gerard zich direct vast. Beginnersfout: in het spoor blijven: dat kun je beter niet doen, dan kom je met de onderkant van de auto bovenop het midden van de zandrichel en is het voor de wielen bijna ondoenlijk om de auto er doorheen te trekken. Advies: rijdt aan de zijkant en houdt de onderkant vrij. Ik had een andere piste genomen en ik kwam voor / naast hem uit en kon hem er met mijn sleepkabels gemakkelijk uittrekken. Maar toch zat de schrik er een beetje in. Hoe verder? Rondom zou het terrein bezaaid zijn met mijnen. Her en der lagen autowrakken. Mannen in blauwe en witte gewaden probeerden er een slaatje uit te slaan en wilden ons de veilge route wijzen. Het kostte me geloof ik 20 Euro om nagenoeg rechtuit te rijden. De mijnen zijn al jaren geleden geruimd. De grens was verder niet een probleem, al kostte het ons onnodig een eerste cadeautje, een aansteker met een lichtje er in als zaklamp. Mauretanië in, de weg alweer als een biljartlaken. Tegen een uurtje of vijf strijken we neer langs de weg voor ons kampement.

2 december

Koken hoeft niet, links en rechts in de leegte tenten met nomaden en een bordje langs de weg met Auberge. Er wordt voor ons heerlijke spagetti gekookt.

Terug naar het heden. Paul en Kim zijn vanmorgen vertrokken voor een week naar Burkina. Nancy en Max willen graag blijven tot hun boot naar Gao a.s. maandag vertrekt, maar hun bescheidenheid gebiedt ze bijna te vertrekken. Gelukkig kan ik ze overtuigen dat ze helemaal niet weg hoeven. Ze behoren absoluut tot de betere couchsurfers, ze helpen, ze koken, ze doen de afwas, wat wil ik meer? Ze rijden met me mee naar Mopti, waar ik zonder enig probleem mijn contract kan aanpassen voor de twee percelen. Ja, Baba is toch mijn petit-frère? De verkoper is wat je noemt een zeer krasse oude man, zijn 70 jaar zijn hem van geen kanten aan te zien. Lezen en schrijven is er voor hem niet bij. Zelfs het tellen van de 100 briefjes van 10.000 Fcfa laat hij aan zijn patron over, ook al zo'n kranig oudje. Hij komt uit Kayes en woont al 33 jaar in Mopti, waar hij een boekhandel heeft. Naast een rijtje verstofte boeken pronken nog een aantal antieke en onverkoopbare telelenzen. Hij is gekleed in een prachtig blauw gewaxed gewaad en zijn getekend gezicht zit deels verscholen achter een zwarte tulband. Maar zijn ogen beginnen te twinkelen als hij hoort dat ik uit Nederland kom. In 1974 was hij aan de radio gekluisterd, er was nog geen tv, om naar het verslag van de WK-finale te luisteren. Hij kende ze nog allemaal: Cruyf, Rensenbrink, Jongbloed, voor hem had Nederland moeten winnen en in 1978 ook. Maar ja hè, het thuisland heeft altijd een streepje voor. Teruglopend naar Bakary vraagt een jongetje van een jaar of 9 schat ik, welke film ik vanavond draai. Het is ongelofelijk, hij komt elke keer naar Sévaré (12 km) om naar mijn films te kijken!
En wat draai ik vanavond? Jours de fête in de helaas gekleurde versie, de kwaliteit is niet maximaal, maar ik moet het proberen. Daarvoor de natuurfilm Microcosmos, over spinnen, vlinders, vliegen, torren en mieren. Hij eindigt met de geboorte van een muskiet.

Terwijl ik op mijn dak zit te typen probeert Moussa de oude auto van Gerard te starten. Af en toe lijkt hij aan te slaan, maar even zo snel houdt hij er weer mee op. Hij vertelde mij van de week dat er een klep in de motor was afgebroken. Ik heb niet veel vertrouwen in zijn omgang met auto's. Een gebroken klep komt nagenoeg alleen voor als je de motor onbelast teveel toeren laat maken en de kleppen tegen de zuigers slaan. Het lijkt te zijn gerepareerd, maar starten wil hij op dit moment niet. Eerder al was hij eens op een steen gereden, waardoor het carter was gespleten en was alle olie eruit gelopen. Als ik hem weg zie rijden lijkt het alsof de duivel hem op de hielen zit. En dat moet je niet doen met alle kuilen en gaten in onze wijk, dan haalt de duivel je erg snel in.
Ik heb even een korte tuk gedaan op het dak. De zon schijnt de laatste dagen nauwelijks, de lucht is nu ook bedekt en de temperatuur komt niet boven de 27 graden. De Sanogo's zitten in de computerkamer film te kijken. Hun aanwezigheid is niet altijd even aangenaam, vaak hangt onaangename rond de kinderen, een mengeling van transpiratie en vis. Ik zie ze best regelmatig helemaal nat, dan komen ze net onder de douche vandaan, maar ik vermoed dat het gebruik van zeep wordt vermeden. Ku je je daar in mijn positie mee bemoeien? Moet ik daar iets van zeggen?

Zaterdag 1 december. Van sommige mensen hoor ik dat er al Sinterklaas wordt gevierd, is dat niet een beetje erg vroeg? Ik houd mij met andere dingen bezig. Zo heb ik met Baba, Nancy en Max vanmorgen Sangubaka bezocht om te kijken of het wat wordt met de put.

drie meter diep in Sangubaka

En inderdaad ze zitten al op drie meter en het ziet er goed uit. Maar oh, als je er even toch nietbij bent. Ik had indringend gevraagd om de put 7,5 meter te verplaatsen en dat ook duidelijk op de tekening aangegeven. Maar niet natuurlijk, ik heb wel vijf keer gevraagd of het duidelijk was en toch gaat het het ene oor in en het andere weer uit. Niangaly had wel een redelijke en eenvoudige oplossing. Waarom de hele tuin niet gewoon 7,5 meter verschuiven? Hij heeft gelijk, dat kan ook. Enig nadeel dat een flink gedeelte van het tuin nu moet worden opgehoogd, omdat het enigszins afloopt. C'est l'Afrique, zullen we maar zeggen. Een flinke groep mensen had zich rond de werkzaamheden verzameld. De ouderen stonden belangstellend te kijken en ook een hele meute kinderen vond het danig interessant. Op zeker moment kwam ook een beambte van de Mairie poolshoogte nemen. Hij was evenwel enthousiast, hoe kan het ook anders.

het graven van de put, rechts Nancy en Max

De dag is verder een beetje van alles en niks. Ik breng Baba met zijn zoontje van zes terug naar Mopti. Ik bestel twee extra bedden, omdat de eenpersoonskamer toch niet lekker in de markt ligt, en ik koop in de gauwigheid alvast twee matrassen. Ik denk dat ik het eenpersoonsbed op het dak zet, dat kan daar ook nog goede diensten bewijzen.
De film Microcosmos was geen onverdeeld succes. Het is een mooie documentaire, maar hij duurt eenvoudig te lang. Jours de Fête daarentegen was tegen mijn verwachting in een overdonderend succes. Als ze een persoon, hier Mr Hulot, eerder hebben gezien, gaat er een zucht van opwinding door de menigte. Als Hulot een groep wielrenners inhaalt, wordt er hard geklapt, om andere scenes wordt onbedaarlijk gelachen. Het valt mij op dat kleine details ze niet ontgaan. Er wordt gelachen om dingen, waarvan ik zou denken dat ze de clou niet begrijpen, maar wel dus. Taal, gewoontes, gebruiken, manieren, ze hebben inzicht, ze kunnen het volgen, terwijl ik mij afvraag, hoe ze sommige dingen uit de westerse cultuur kunnen weten. Het verhaal wordt verder eentonig. Er waren veel mensen, heel veel. Ik ben benieuwd naar de reacties als ze zien dat ik vanavond Harry Potter5 vertoon!

Dan dag 13. Mauretanië, woestijnachtig, weinig begroeing, tot de hoofdstad Nouakchott is de begroeing schaars. Een kilometer of tien, misschien twintig voor de hoofdstad begint de vuilnisbelt, alleen maar afval en plastic zakken, ik vergeet dat niet. Nouakchott zelf is een chaotische stad, zeker als het het verkeer betreft. Het lijkt mij beter als ik het stuur overneem van Jiek, dan heb ik het tenminste zelf gedaan. We parkeren de auto en lopen een beetje door het centrum, al heb ik last van mijn voet, we nuttigen een prettige lunch en vevolgen onze weg, met in het begin files en wanorde. De auto's rijden net zo makkelijk over het trottoir.
Het landschap wordt met het uur zanderiger, veel plekken met duinen en ook de weg is regelmatig ondergesneeuwd met zand. Waar we precies gekampeerd hebben weet ik niet meer, maar het zal ergens langs de weg in de brousse geweest zijn. Was het niet de plek met de kudde galopperende ezels?

3 december

Zondag 2 december.
Oh wat was het koud gisteravond tijdens de film. En de thermometer wijst nog altijd 22 graden. Ze hebben hier een andere temperatuurseenheid, dat moet wel, want in Nederland zit je bij 22 graden heerlijk op een terrasje. Onbegrijpelijk. De kinderen en de volwassenen ook, proberen zich zo goed mogelijk te beschermen tegen de kou, ze hullen zich in doeken of dekentjes, ze trekken een capuchon over de oren, een enkeling heeft een gewatteerde jas voorzien van een met bont gevoerde capuchon.

op de grond (parket)

Volgens mij is het onmogelijk, maar nog voordat de film startte ging er gejuich op omdat ze Harry Potter roken, alsof hijzelf als tovenaar liet blijken dat hij eraan kwam. Ik vond dze film veel minder dan de vorige, de films liggen mij sowieso niet zo heel goed, maar het gaat niet om mij. De meesten bleven tot het einde kijken, ondanks de koude en ondanks een paar regendruppels regen tegen het einde, die een aantal mensen wegjoegen en die mij deden twijfelen om door te gaan.

De veertiende dag.
Nog één dag Mauretanië, we vervolgen de weg het binnenland in, naar het oosten. Dorpjes, tenten, dieren, veel dieren, dode dieren langs de kant van de weg, veel kamelen (dromedarissen eigenlijk), overbeladen busjes en veel kuilen en gaten in het asfalt, die de vaart er flink uithalen. Nog één keer slaan we in Mauretanië onze tenten op, morgen rijden we Mali binnen!

Samen met Paul op het dak

(foto Kim)