Klik hier voor de printversie
Mopti home page

Dit is Willem Snapper's nieuwsbrief nr 93 van 26 oktober 2008.

U kunt zich aan- of afmelden voor de aankondiging:
wsnapper@mopti.nl

Waarin Sangubaka op de televisie is
en
Waarin ik wel of geen rijbewijs heb

Zondag 19 oktober 2008
Waarom heeft een mens het toch altijd zo druk? Ik zal het mijzelf wel aandoen hoor ik u zeggen. U heeft gelijk, maar ik kan niet anders, ik zit zo in elkaar.
Ik haastte mij vanmorgen mijn "waarin" de deur uit te doen, haast betekent minder kwaliteit. Ik kan soms redelijk schrijven, maar ik moet daarvoor de rust hebben. Ik werd opgejaagd door een afspraak om elf uur met Meni, voor die tijd moest ik ook voor hem een DVD gebrand hebben.
Het ontbijt laat op zich wachten, met twee koppen nescafé kom ik ook een heel eind.
Meni is er ook inderdaad om 11 uur en neemt zijn Moolaadé-DVD over vrouwen-besnijdenis in Burkina-Faso, een film van Ousmane Sembene, met enthousiasme in ontvangst. Hij is nog altijd bezig met zijn strijd tegen de circomsision in het Dogon-gebied en schijnt daar ook werkelijk erg veel succes mee te hebben. Volgens hem komt het in een aantal dorpen rond Ibi niet meer voor en heeft een vergadering plaatsgevonden waar vele chefs van een aantal dorpen zich tegen de excision verklaard.

meesteres van de hoofddoek in Sangubaka

Ik heb daarna een uurtje rust, ik werp mij nog op een paar emails en om twee uur haal ik Baba met twee schoolborden, twee grote zakken rijst, een jerrycan met 20 liter olie en een grote zak uien op, om die naar Sangubaka te brengen. Er komt speciaal een kok uit Bamako, die het eten zal bereiden in het dorp, omdat er geen vrouwen zijn om te koken.
De vrouwen hebben bijkans nog nooit van een school gehoord en nu moeten ze vijf volle dagen in de schoolbanken. Ze hebben allemaal, zonder uitzondering, een kind aan de borst. Het is sowieso zorgelijk, ik ben bang dat in veel dorpen geen mogelijkheid is om naar school te gaan.
Zonder dat ik van te voren op de hoogte was ontspint zich een vergadering, waar Baba weer met flair vertelt wat gaat gebeuren en zegt de vrouwen streng de wacht aan, dat ze er allemaal zijn. Het wordt nu ernst, zo is zijn boodschap, de tuin moet nu echt commercieel. Willem blijft niet aandragen en hij dreigt zelfs dat we alles mee gaan nemen als vanaf nu niet serieus wordt gewerkt. Ik vraag me af waar de andere 50 vrouwen zijn, ik tel er een kleine dertig. Maar met gejuich en enthousiast geklap worden we uitgeleide gedaan. Ik moet morgen heel vroeg eerst de banken en daarna de onderwijzers naar Sangubaka brengen.

Maandag 20
Ik ben om zes uur opgestaan en om zeven uur was ik al terug. Vlakbij de asfaltweg ligt een dode koe, de stank is ondraaglijk, de koe is zomaar langs de weg gedumpt. Vroeger had je de gieren, die de kadavers te lijf gingen, tegenwoordig heb je nog wat kraaien en vooral vliegen, zo zal het weken duren. Iedere keer moet je je neus een minuut of vijf dichtknijpen. Het doet me denken aan wat Baba gisteren vertelde, één van zijn twee ezels is zomaar overleden. Die zouden ze ook ergens dumpen, ik opperde dat het beter zou zijn om hem te begraven, wat door Baba werd beaamd. Hij had het beest amper een paar maanden.
Tegen half negen kom ik met de twee onderwijzers Koné en Kané in Sangubaka aan. We maken een rondje door de inmiddels min of meer verwaarloosde tuin, ondanks dat, zijn ze erg onder de indruk. Langzaam druppelen de vrouwen binnen en gaan op mijn banken zitten.

Koné (met pet), Sidibé en Kané

De directeur van de FAFPA in Sévaré, Sidibé, houdt een uitgebreid resumé over de importantie van de lessen.

Sidibé, de voorzitter van de FAFPA

De vrouwen wordt de wacht aangezegd. Bij het minste of geringste wordt een boete uitgedeeld. Wie ongevraagd de les verlaat moet 50 francs betalen, iemand die te luid zit te kwekken tijdens de les is ook 50 cent kwijt. De vrouw die in slaap valt betaalt 25 francs.

de groep is even afgeleid

Al met al duurt de intro anderhalf uur voordat met de werkelijke voorlichting wordt begonnen. De aanwezigen worden uitgebreid geadministreerd, alle namen worden genoteerd.

een van de presentielijsten

De ene Tamboura na de andere, Sissoko, Sankaré en vele anderen. De groep wordt daarop in tweeën gedeeld, ze kunnen niet allemaal in het huisje. Groep twee moet het doen met de schaduw van een boom, niet de slechtste plek overigens.

Baba maakt filmopnames

La présidente de l'Association des Femmes à Sangubaka in het midden

Hoe het met het eten gaat is mij niet helemaal duidelijk, een kok uit Bamako heb ik nooit meer gezien. Er moet voor heel veel mensen worden gekookt, maar er wordt uitgebreid gegeten.
Ondertussen rijd ik terug naar Sévaré, ik bereid Dramane alvast voor op een bezoek van de journaalploeg van de ORTM (de Malinese televisie), deze Dramane is de bewaker van het huis van de Dramane die in Spanje bivakkeert. Ik ga even op bezoek bij Oumou, de kersverse vrouw van Nederlandse JP, je moet overal toch even je gezicht laten zien en ik zit met de inmiddels al bijna een maand oude Pablo op schoot.

Oumou met de enigszins bruinende Pablo

En ik ga bij Amatigue langs om zijn Skype in orde te maken, hij is er gelukkig mee. Aguibou. de plaatselijke computer-installateur had er een potje van gemaakt, niks werkte. Thuisgekomen is de middag al een heel eind voorbij, tekort tijd om een dutje te doen, ik moet de onderwijzers tegen vijven ophalen uit Sangubaka. Morgen heb ik trouwens min of meer een vrije dag. Er is geen les, dat komt omdat de vrouwen allemaal naar de markt gaan in Fatoma. Dat een markt belangrijk is in Mali wist ik wel, maar zo belangrijk dat zelfs de lessen ervoor moeten wijken, dat verbaast me wel een beetje. De lessen zijn eenmalig en de markt is volgende week weer! Het zij zo.
Tegelijkertijd neem ik voor de zoveelste maal het zonnepaneel voor de accu mee naar huis, hij doet het alweer niet, ik word er moedeloos van. Maar er is licht aan de horizon: Amsterdamse Paul die in november weer hier komt, heeft in Nederland twee kleine zonnepanelen op de kop getikt! Dan gaat de zon ook in de nacht schijnen.
Met Orange is het nu helemaal mis, ik heb al uren geen internet en ook geen telefoon. Het is tijd voor een glas whiskey.

Dinsdag. De vrouwen van Sangubaka gaan naar de markt, betekent dat voor mij een dagje vrij af? Forget it.
De dag begint al met een lekke band en ook lang wachten bij de bank. Er is maar een loket open en het duurt echt eindeloos. Ik wil met Baba naar la grand-mère, maar ook hij laat nog uren op zich wachten. Hij heeft twee vergaderingen in Dialango, het dorp van Yvonne.
Toevallig is ook Christian hier, dus we kunnen gedrieën richting la grand-mère. Er gebeurt mij onderweg iets waar ik totaal niet tegen kan. Het stamt al uit mijn jeugd, als ik politie zie krijg ik de zenuwen, hoewel daar geen enkele reden voor is. Mijn geweten is zo schoon als schoon kan zijn. Als we langs de politiepost rijden hoor ik een snerpend fluitje. Hij is voor mij bestemd. Ik stop langs de kant van de weg, in de volle overtuiging dat mij niets kan gebeuren. Alles is in orde, de auto is gekeurd, de wegenbelasting betaald, ik heb een Malinees kentekenbewijs, ik heb mijn gordels om, ik zit niet te bellen, kortom ik heb niks te vrezen. Of toch? Ik overhandig de agent mijn papieren, hij checkt de stickers op de voorruit en komt tot de conclusie dat ik een internationaal rijbewijs nodig heb. Mijn Nederlandse rijbewijs is in Mali, beweert hij, een half jaar geldig en niet de twee jaar dat ik hier nu woon. Zoekt hij nou iets om zijn zak te spekken, of is de constatering serieus? Ik zeg natuurlijk in de volle overtuiging dat ik gelijk heb, dat dat onzin is, er bestaat weliswaar een internationaal rijbewijs in Nederland dat kan worden verstrekt door de ANWB, maar dat heeft zonder het origineel geen enkele waarde. Het zou betekenen dat ik elk jaar naar Nederland moet om dat papier te krijgen, omdat dat maximaal een jaar geldig is. Rediculous. Het bellen met de commissaris mislukt. Ik bied aan om naar de commissaris te gaan, maar niet vandaag. We hebben geen tijd. Hij probeert mij geld af te troggelen, maar ik begrijp gelukkig niet wat hij wil. Uiteindelijk geeft hij mij de papieren terug en kunnen we verder. Baba legt naderhand uit dat ik het had kunnen afkopen, maar is blij dat ik dat niet heb gedaan, anders zou de politie mij elke keer weer staande houden in de wetenschap dat ze er wat aan zouden overhouden.
Grandmère heeft een heel verhaal. Baba legt mij later thuis uit wat er aan de hand is. Het huis waar ze nu woont behoort aan haar broer en zij woont daar als een soort kraakwacht. Zonder de medewerking van haar familie kan ze niet zomaar verhuizen naar het nieuwe huis van Dramane. Het is haar suggestie om een huurder te zoeken en de huur op een bankrekening te storten voor Dramane. Dan heeft hij later een appeltje voor de dorst. Het zal wel een teleurstelling zijn voor Alberto.

Woensdag 22 oktober 2008
Om te beginnen breng ik de twee formateurs Koné en Kané weer naar Sangubaka. Het is een uur of acht. Ik blijf een poosje plakken, Baba had gezegd dat hij ook zou komen. Maar hij kwam niet opdagen. Hij had het druk met het kopen van betonijzer voor het dak van zijn huis. De dames worden weer in twee groepen verdeeld. De ouderen, die ik het beste ken, zitten in het huisje van de tuin.

de groep van Koné onder de grote boom

De anderen zitten onder de grote boom verderop. Tot mijn verbazing zijn dat bijna allemaal jongere meisjes, die ik nooit eerder had gezien.

meisjes van jong tot ouder, ze kunnen meest niet lezen en schrijven

Het moeten de meisjes zijn, die zich in andere periodes verhuren als huishoudster, kinderoppas of schoonmaakster. Bij elkaar zijn het een kleine 60 vrouwen en meisjes. Er doen ook trouwens een paar mannen mee met de cursus.

Peulh-vrouw

Iedereen krijgt een bundeltje papieren. Eerder kregen ze al een schrift en een BIC. Ik heb niet een schrift gezien waarin ook maar iets was geschreven, ik denk dat ze dat niet kunnen. Vooral Koné geeft gedreven les. Hij legt uit over compost, over insectenbestrijding en over het aanleggen van een pépinière (een kweekplaats) voor zaden en kleine plantjes, om later te verspenen. Zijn Bambara wordt door een vrouw vertaald in het Peulh, de eigenlijke taal van het dorp. De meisjes nemen alles zeer aandachtig op. Zo gaat het ook in de groep van de oudere vrouwen.
Baba meldt dat hij niet komt en ik vertrek naar huis, in afwachting van wat de middag gaat brengen.
Ik heb even gelegenheid op een bezoek aan de ONT te brengen, het orgaan dat rijbewijzen uitgeeft. Ik ben niet gerust op wat gisteren heeft plaatsgevonden. De meningen zijn verdeeld, maar ik krijg de indruk dat ik echt een Malinees rijbewijs nodig heb. Ik bel met de ambassade over hoe en wat. Ze gaan het uitzoeken. Ik meld ze ook dat ik niet in Nederland ben uitgeschreven, dat nemen ze mee, de hulpvaardige dame aan de telefoon doet dat af als "niet zo netjes". Ik hoop dat dit muisje geen staart krijgt. In dat geval moet ik misschien wel naar Nederland om allerlei nare officiële dingen te regelen.
's-Middags rijd ik met Baba naar Mopti om zaden te kopen voor de tuin. Ik koop ook twee dozen Nescafé voor 4750 cfa per stuk, die bij Emile, de Libanees in Sévaré 9000 cfa kosten! Daarna rijden we naar Sangubaka en wachten we op de televisieploeg.

rechts de cameraman van de ORTM

Iedereen is opgewonden, ze zijn druk bezig om de pépinières te perfectioneren, als de camaraman aankomt zijn ze klaar om te zaaien, mooi voor de opnames. En inderdaad, na een flink tijdje wachten komt de delegatie van de Malinese televisie en begint met de reportage.

La présidente de l'Association des Femmes à Sangubaka (met witte hoofddoek)

Baba legt uit over de Stichting Mopti en de tuinenprojecten. Binnen een kwartiertje zijn ze al weer weg. Het was in elk geval een uiterst kleurig spektakel. De vrouwen hadden zich ook in hun mooiste kleren gestoken!

ik kan mijn ogen bijna niet van haar afhouden, ze is zo mooi!

En nu ben ik weer thuis en heb een dubbel gevoel. Dubbel omdat ik een uiterst opwekkende dag had, dubbel omdat we op weg naar huis langs een plek kwamen waar net een zeer ernstig ongeluk had plaatsgevonden. Midden op de weg lag een dode ezel, daarachter een verfrommelde brommer en langs de kant een man, die niet meer bewoog.... Ik zou wat willen hebben gedaan, maar anderen hadden de telefoon reeds aan hun oor. Het verkeer met die bromfietsen, ik ben er doodsbang voor. En dan hebben we het nog niet over de ezels.
Ik hoorde de volgende dag dat het om iemand ging uit zijn wijk Téguel in Mopti en dat hij op slag dood was. De hulpdiensten hadden meer dan een uur nodig om op de plaats des onheils niets meer te kunnen uitvoeren.

Donderdag
De dag verloopt iets rustiger dan gisteren. Hoewel ik mij vanmorgen behoorlijk zit op te winden als ik bij de bank zit. Ik moet drie kwartier te wachten voordat twee cliënten zijn geholpen en dan zijn er nog een tiental voor mij. Het duurt eindeloos en ik heb Baba beloofd hem te helpen met de micro-kredieten in Dialango, het dorp van Yvonne. Ikzelf ben niet snel een klager, maar op een gegeven moment ga ik toch maar vragen of het tweede loket niet kan worden bemand. De Malinezen die zitten te wachten wachten gelaten af, maar rondom mij hoor ik wel geklaag. Het helpt wel, maar misschien is mijn invloed groter dan die van een zwarte. In Dialango aangekomen moet ik ook weer meer dan een half uur op Baba wachten, voordat we aan het werk kunnen is het half twaalf. Dialango is het dorp van de verdreven Bella-gemeenschap uit Mopti, een paar jaar geleden.

een Bella-vrouw in Dialango

Armoe troef, maar door het optreden van Yvonne en Baba komt daar een heel klein beetje verbetering in. Yvonne heeft een gebouwtje gefinancierd met een mil- en rijstmolen, die zichzelf terug moet verdienen. Verder vestrekken zij micro-kredieten aan de bewoners. Ze kunnen bedragen lenen, variërend van 25.000 cfa tot 150.000 cfa (40 tot 225 euro), waarmee ze kunnen investeren in een handeltje. Baba weet ze erg goed te bespelen, eerdere kredieten werden tot nu toe keurig op schema terugbetaald, ze gaan redelijk verantwoord met het geld om. Baba heeft ook vijf ezels geregeld met kar, ze worden verloot onder 18 gegadigden. Overigens zijn dat ook leningen en moeten zij de investering in termijnen terugbetalen. Ik heb Baba gevraagd de eigenaren te vragen goed voor de ezels te zorgen en ze niet zo hard te slaan. Het zal wel geen enkele uitwerking hebben, maar wie weet. De tijdelijk verzorger van de ezels had gehoopt een setje in de wacht te slepen, maar hij had geen geluk. Hij werd daarop zo opgewonden dat Baba ternauwernood de rust kon doen wederkeren, al dan niet na heftige discussies. Vlak voor mijn vertrek laaide de discussie weer op, waarop een van de gelukkigen zijn ezel met kar aanbod aan de teleurgestelde man. Jammer dat iemand met een grote mond het toch voor elkaar krijgt. Ik stelde voor dat de man die zijn ezel over wilde geven, in elk geval bij de volgende sessie de eerste is die er eentje krijgt toebedeeld en niet meer hoeft mee te loten. Ik kreeg alom steun en instemmingvoor dit edelmoedig gebaar.

de man die zijn ezel beschikbaar stelde

Commentaar van Yvonne was dat deze goede inborst erg hoge ogen heeft geworpen voor de jaarlijkse aanmoedigingsprijs!
Terug in Sangubaka haalde ik de twee formateurs weer op. De dag zit erop, ik ga koken.

Vrijdag, ik lijk wel een ezel, de hele dag rijd ik van hot naar her, het brengen en halen van de formateurs, het terughalen van de banken voor de bioscoop, tweemaal naar Mopti heen en weer en het voorbereiden van de film-computer. De dag besluit met "De Gebroeders Grim", een twee uur lange, maar zeker voor de vele mensen een boeiende film.

Zaterdag 25 oktober.
Vanmorgen haal ik de formateurs al vroeg op, we nemen ook nog een viertal banken mee. Het is de dag van de sluiting. De vrouwen hebben zich weer op hun paasbest gekleed, vooral hun geknoopte hoofddoeken zijn een lust voor het oog. Kané voert het woord, ik begrijp er niet veel van. Het wordt vertaald van het Bambara naar het Peulh, dus dat schiet voor mij niet op.

de Présidente met haar dankwoord, rechts de man die vertaalt

Ook ik moet natuurlijk aan de bak. "Na de lessen begint het echte werk en nu moeten de vrouwen het laten zien. Ik bedank natuurlijk de formateurs voor hun goede werk." Iedereen is erg blij en het applaus is niet van de lucht. In weinigzeggende toespraken zijn de Malinezen behoorlijk sterk, ik begin het ook te leren.
We keren terug naar Sévaré, er worden nog wat gegevens uitgewisseld, ik zet mijn foto's op een stick en nu ga ik ze in Mopti op de bus zetten. Koné moet nog naar Bamako en de bus vertrekt om twee uur. Het is chaos in Mopti, er is een festival gaande en de plek waar de bus normaal vertrekt is niet beschikbaar. Het is echt zoeken waar de bus uithangt. Kané woont overigens gewoon in Sévaré.
Christian moet vanmiddag de arm van Yahebin verbinden en vroeg mij mee te gaan, opdat ik kon zien hoe het er voor staat.

vlnr: Ami, Yahebin, Djenné en Christian

Tsja, hm, Christian haalt het verband er heel voorzichtig af. Yahebin geeft geen krimp, het lijkt of zij er niets van voelt. Even zie ik wel haar gezicht vertrekken als Christian probeert haar arm te bewegen, maar als het verbinden klaar is, is Yahebin een en al lach, ze is zichtbaar opgelucht.

de onderarm van Yahebin

De arm ziet er nog steeds behoorlijk gehavend uit, maar Christian is heel tevreden.
Als ik thuiskom belt Isabelle mij op, Isabelle, de vrouw van Christian, die les geeft op een school in Bandiagara. Niet alleen maar om te vragen hoe het met mij gaat, nee ook omdat ze mij samen met Baba op de televisie heeft gezien. Toch jammer dat ik dat heb gemist. Het is nu tegen drieën, Ina heeft gevraagd of ze kon komen praten. Eigenlijk had ik mij even in mijn slappkamer willen terugtrekken, ik ben helemaal gaar. Ik ga haar nu bellen.
Uurtje later. Waar ik al bang voor was, het gaat om geld. En weer zo iets moeilijks. Ina, de door mij echt gewaardeerde vrouw van tweede pleegzoon Moussa, komt met het probleem van hun zoon Mamadou, bijgenaamd Bakoraba. Aardige en bescheiden jongen, die meestal achter de toonbank van Ina's winkeltje te vinden is (maar hij kan niet rekenen). Hij heeft pech en dat is pas gisteren bekend geworden. Zijn zevende schooljaar (van de 9) heeft hij ooit moeten doubleren en nu blijkt opeens, dat hij niet meer in aanmerking komt voor het lyceum, vanwege die doublure een paar jaar geleden. Een nieuwe regel, die dit jaar is ingegaan. Normaal gesproken houdt de school voor hem op en rest een onaanzienlijk bestaan. De staat betaalt zijn schoolgeld niet meer en hij komt alleen nog in aanmerking voor een dure privé-school. Enige mogelijkheid is dus een plek op een privé-lyceum. Maar dat betekent, dat àls ik dit schooljaar moet betalen, ik daar ook de volgende twee jaar voor moet opdraaien. En privé-scholen zijn in het straatarme Mali niet goedkoop. Een plek op de École Technique kost voor zover ik weet een slordige 500.000 cfa (750 euro). Mogelijk zijn de kosten voor het lyceum vergelijkbaar. Dat gaan we maandag uitzoeken. De beste (lees meest betaalbare) optie die overblijft is het betalen van één jaar lyceum en hem daarna in te schrijven voor het het toelatingsexamen voor de IFM (in Nederland heet dat geloof ik de PABO). Als hij daarvoor slaagt, neemt de overheid die kosten weer wel voor zijn rekening. Hij gaat dan voor een onderwijzersopleiding, niet slecht trouwens, want er is een chronisch tekort. Of hij dat zelf wil is nog niet duidelijk. Ik wil sowieso Moussa peilen of hij niet op zijn minst kan bijdragen! (De financiële crisis is ook aan mij niet voorbij gegaan.)

Zondag 26 oktober 2008
Ik heb eigenlijk niet zoveel zin. Ik heb goed geslapen, maar ik zit er een beetje doorheen. Ik moet mijn "waarin" de deur uit hebben.
Tijdens de film van gisteravond heb ik grotendeels geslapen. Nou viel er aan de film Ace Ventura en Afrique hoe dan ook niet veel te beleven, al dacht de massa daar gelukkig anders over. Direct na aanvang moest ik mij boos maken. Een grote jongen wilde een klein meisje van zeven jaar schat ik, van de bank verdrijven. Zij zat er echter eerder, dus voor mij had ze recht op die plek. De grote jongen schikte in en voor het meisje kon ik geen kwaad meer doen. Dat heet het recht van de sterkste. In eerste instantie de grote jongen en in tweede instantie mijn persoon. Ik sta natuurlijk erg hoog op de ladder. Ik word ook nog een keer wakker omdat een grote tor mijn broek in was gekropen, zo ongeveer ter hoogte van mijn onderbroek.
Het is half negen. Het is weer een af- en aanlopen van bezoekers. Natuurlijk komen alle Sanogo's stuk voor stuk langs om goedemorgen te wensen, mij iedere keer uit mijn concentratie halend, Maman komt langs, de broer van Sékou, om mij te begroeten, Hamidou komt vragen of ik een stuk kippengaas voor hem heb en onechte dochter van Moussa en Ina komt al aanzetten met een gebraden duif met friet. Het ruikt goed, maar het is een beetje vroeg.