Printversie
Willem Snapper's nieuwsbrief 95, 9 november 2008.
Volgende week sla ik de nieuwsbrief over en misschien ook nog de week daarna. Ik zit voor een week met Gogo en Baba in Bobo (in Burkina Faso).
Waarin Bakary boos is
en
Waarin een bijzonder bezoek aan Nando en Niongono
Maandag 3 november 2008
Goedemorgen, de dag begint rustig. Ik zal vandaag mijn huis nog een beetje op orde brengen. De toilet lekt nog steeds, mijn oplossing van de tegeltjes heeft niet gewerkt. Ik ben nu met siliconenkit in de weer. Laten we hopen dat het werkt, het lek doet de rekening voor het water op- en de beerput vollopen. Om de laatste te legen kost mij 45 euro.
JanJoost zit al in Bamako met de twee andere rovers. Zij hebben voor mij vanmorgen naar een compressor gekeken, die daar wordt aangeboden. Het blijkt een Deutsch uit 1979, stoot veel roet uit, het klinkt verleidelijk om hem te kopen, maar hoeveel risico loop ik met een dergelijke oude machine? Ik besluit een andere kans af te wachten. Baba en ik vinden Oumar in Bamako bereid om op te letten als zich weer een aandient. Oumar is automonteur en is enigszins deskundig. We bieden hem 100.000 FCFA (150 euro) als hij ons aan een goed apparaat kan helpen. Ik denk dat het nu in de nabije toekomst gaat lukken om een behoorlijk apparaat te vinden.
Ah, over rovers gesproken, andere rovers.
Ik wil eigenlijk mijn geld terug, omdat de reportage niet op de tv is uitgezonden, dus ik bezocht vanmorgen de ODM om daarover te praten, maar hun commentaar was somber, dat zou zeer moeilijk zijn. De chef heeft de ORTM gebeld en ze zouden ermee aan de slag. Ik kom nu net thuis van een rondje Mopti et je suis désolé! Ik krijg een telefoontje dat de reportage zojuist is uitgezonden in het middagjournaal, waar verder geen hond naar kijkt. Ik baal echt verschrikkelijk. Ik doe zoiets nooit meer, of ik moet harde garanties hebben. En van te voren betalen doe ik ook niet meer. 300 Euro in de sloot. Ik baal, ik baal. En niemand heeft het gezien, mijzelf incluis.
Vrijdag 7 november.
Ik heb mijn plicht een paar dagen verzaakt.
Maandag zijn drie rovers tegen de avond aangekomen in hun luxueuze Toyota Landcruiser 100. Dinsdag hebben zij bij mij van een dag rust genoten. 's-Middags maakten we een wandelingetje door Mopti, ook dat is altijd genieten, ook voor mij. Jammer dat ik mijn camera niet bij mij had. Zo tegen de avond vertrekken de grote boten volgeladen met goederen en passagiers naar alle windstreken. De haven is voor mij een groot station, waar internationale treinen vertrekken naar verre en mysterieuze bestemmingen. De oevers zijn in rep en roer, nog snel worden de laatste goederen ingeladen en worden via een plank oliedrums aan boord gerold. Sommige stoten dikke roetwolken uit, veroorzaakt door de oude versleten vrachtwagenmotoren. Met behoorlijke snelheid verdwijnen ze in het duister van de nacht.
Tijdens de wandeling had ik een hele schare kinderen achter mij aan die mij allemaal kenden van de film. Erg leuk. We hebben pizza gegeten bij de Bissap, Baba was er ook bij.
s-Nachts werd ik wakker van een raar geluid, het bleek dat de wc weer aan het doorlopen was. Het is mij niet duidelijk waarom ik die lekkage maar niet gerepareerd krijg, ik ben er eindeloos mee bezig.
Ik doe verder computeronderhoud aan de school terwijl de drie rovers 's-ochtends vroeg op weg gaan naar de Dogon.
Het lukt mij maar niet met die vermaledijde wc-pot, maar uiteindelijk helpt Monsieur Confiance mij in Mopti wonder boven wonder aan een nieuw binnenwerk.
Donderdag plaats ik een van de twee zonnepanelen op het huis in Sangubaka, zonnepanelen, die ik van Paul uit Amsterdam heb gekregen en waarvoor hij donateurs bij elkaar heeft gesprokkeld. Diembé, de gardien, was maar wat blij.
Ook met de nieuwe spullen voor de toiletpot had ik een probleem, ik word er moedeloos van. Sékou laat mij zijn oude fiets zien, hij moet naar Sévaré om zijn kleine tasjes te verkopen, maar die fiets is aan zijn einde. Er moet minstens één nieuwe band om en het kamrad is totaal versleten, het achtertandwiel ook. Alle reparaties vallen misschien duurder uit dan een nieuwe fiets, dus rijden we naar Mopti en we kopen voor een redelijke prijs een mooie Japanner. Er moet alleen een nieuwe achterband op.
Rond borreltijd komt Amatigue langs en vertelt een beetje in paniek dat hij nog altijd zijn Nederlands visum niet heeft en zijn vlucht naar Parijs is geboekt voor maandagochtend on 2:40 uur. Het baart nog extra zorgen omdat op vrijdag het Nederlands consulaat gesloten is! Ik beloof in elk geval vrijdagmorgen om negen uur aan de bel te trekken.
En zo geschiedde. Ik werd te woord gestaan door een allervriendelijkste medewerkster van de ambassade en zij zou het verder uitzoeken. Nog geen uur later is alles geregeld. Een zucht van opluchting bij Amatigue en bij mij, even later ook bij Joop en Gonny in Nederland.
Het zit mij vandaag mee, ik installeer de toiletpot opnieuw voor de zoveelste keer, ik maak schoon wat er nog schoon te maken valt, ik dicht af wat ik af kan dichten met siliconenkit. Even dreigde er roet in het eten te worden gestrooid doordat de watertoevoerslang knapte, maar gelukkig ik had nog een reserve-exemplaar liggen. Ik moet niet te vroeg juichen, maar tot nu toe lekt er geen water meer. Duimen draaien.
Ik heb de nieuwe band om de fiets van Sékou gelegd en iedereen is gelukkig en tevreden. Ik had zelfs nog tijd voor een kort middagdutje.
Vanmorgen belde Bakary op. Hij was boos op zijn vrouw Djenné. Zij had hem niet verteld dat ze na de geboorte van kleine Willem, nu pakweg een maand of acht geleden, al ongesteld is geweest, en nu is zij dus al drie maanden in verwachting. Bakary wilde zo snel nog helemaal geen kind erbij. Maar wie moet er nu boos zijn op wie?
Zaterdag 8 november.
Vandaag speel ik de toerist. Amatigue heeft ons (JanJoost, Jurriaan de zoon en Daan de kleinzoon van Joop van Stigt) uitgenodigd om naar twee zeer bijzondere dorpen te rijden, niet zo heel ver van Sevaré. Het eerste dorp heet Nando, daar bevindt zich een bijzondere moskee, helemaal van leem natuurlijk, met bizarre vormen. Het lijkt wel of het gebouwtje in een enorme kaak met kiezen is gebouwd. Ze hadden kennelijk naar de film van gisteravond gekeken, Voyage au centre de la terre, waarbij drie hoofdpersonen de reis van Jules Verne nog eens over doen, met het oude boek in de hand. Daarin komt ook een boot voor, die beataat uit de onderkaak van een reusachtige dinosauriër. In de film is alles getruceerd, in Nando zijn het de sensuele vormen die eruit springen. Stom dat we veel te weinig water bij ons hadden, het was een beetje afzien. Ik realiseerde mij dat ik sinds de avond tevoren niet veel meer had gedronken dan een kop koffie. De moskee was zeer zeker de moeite waard. Ook het interieur is oud mysterieus en indrukwekkend.
Vervolgens zetten we koers naar Niongono, een klein dorpje dat op een paar heuvels is geplant met een zeer bijzondere architectuur. Je raakt er bijna niet uitgekeken. Alletwee de dorpen zijn behoorlijk geïsoleerd, het is alsof de tijd heeft stilgestaan.
Vanochtend zijn Arie en Kurt weer vertrokken om vannacht het vliegtuig te nemmen vanuit Bamako. Ik zou zeggen, ze hebben de reis van hun leven gehad. Vooral Kurt was bijzonder onder de indruk van alles wat ze hebben meegemaakt, de reis en ook het bezoek aan de Dogon. Ze hadden aan JanJoost, Jurriaan en niet te vergeten de broer van Amatigue, hele goede reisbegeleiders, die de mooiste plekken in de Dogon kennen.
Zondag 9 november.
Ik heb het kippevel op mijn armen. Vannacht heb ik voor het eerst een dekentje tevoorschijn gehaald.
Ook tijdens de film van zaterdagavond koelde het al flink af, het had voor mij zonder trui of zo iets, niet veel kouder moeten worden.
Ik vertoonde een beetje rare film, ik vermoed uit de jaren zestig: L'apprenti sorcier, meer dan twee uur, er werd veel in gesproken, maar er zaten ook wel een aantal leuke scenes in, waar hartelijk om werd gelachen.
Volgende week sla ik de nieuwsbrief over en misschien ook nog de week daarna. Ik zit voor een week met Gogo en Baba in Bobo (in Burkina Faso).
|