Printversie
Willem Snapper's nieuwsbrief 96, 30 november 2008.
Waarin Aad in het ziekenhuis ligt
en
Waarin een bezoek aan Bobo
(deze nieuwsbrief is te lang, maar hij beschrijft drie weken)
Maandag 10 november 2008
Gisteren was een prettige dag. Het begint 's-zondags altijd wel met enige stress om op tijd de nieuwsbrief klaar te krijgen.
Daarna heb ik JanJoost meegenomen naar de tuin in Sangubaka. Er was niemand aan het werk, men is continu bezig de mil-oogst van de velden te halen. Toch verschijnen overal steeds meer perken met diverse aanplant, voorlopig voornamelijk uien. Ik heb tegen Amadou, de enige eigenlijk, die Frans spreekt, gezegd, dat ze nu de tuin niet vol moeten zetten met alleen maar uien, maar vooral ook andere groentes.
Daarna bezoeken we Baba in Mopti en we hebben in restaurant Bissap nuttige gesprekken over alles wat hier speelt. Het gesprek eindigt met het onderwerp cultureel centrum. Vooral Baba is nog steeds bijzonder enthousiast, maar ik ook. De mensen zitten volgens ons verlegen om entertainment, muziek, dans, theater, film. JanJoost is niet overtuigd en vindt dat het initiatief vooral moet uitgaan van de Malinezen. Ik denk dat als er niet echt iets te verdienen valt, initiatief zal uitblijven. Het moet in elk geval gerund worden door Malinezen, ik zelf ben niet van plan dat te doen, hoewel ik er wel bij betrokken wil blijven.
Als we 's-avonds thuiskomen is het donker en ook het huis is in donker gehuld. De hoofdschakelaar van de elektriciteit heeft het begeven. Er rest mij niets anders dan het bellen van de electricien. Met zaklantaarns en met de lichten van de auto weet hij de stroomvoorziening althans tijdelijk weer op gang te brengen.
JanJoost is vanmorgen alweer voor een paar dagen naar de Dogon vertrokken. De ochtend besteed ik om met Yahebin nog een keer naar het ziekenhuis te gaan voor het maken van foto's van haar arm. Het blijft allemaal gedoe, maar uiteindelijk krijgen we een foto mee. Die ziet er niet goed uit. De botten zijn nooit recht aan elkaar gezet en zijn nog niet goed aan elkaar gegroeid, haar vingers staan helemaal krom en kan ze niet goed bewegen. Er blijft ook een kans op botontsteking, ik voorzie al een tweede Dramane. Dus er moet iets gebeuren. Niet overal waar de huid was verwijderd is haar arm helemaal dicht. Er rest een plek bij de elleboog en een plek op haar hand. Langzaam groeit het dicht. Het betekent ook dat voorlopig gips en spalken nog lastig zijn aan te brengen. Het vreemde is dat de Cubaanse traumatoloog van het ziekenhuis in Mopti het vooralsnog wil laten zoals het is. Christian daarentegen wil aktie ondernemen en toch weer een traditionele arts inhuren. Dan wel eentje die de boel niet weer naar de verdommenis helpt, zoals de eerste, het begin van alle ellende.
Woensdag 12
Ik werd gisteren wakker met een lichte keelpijn en ik ben een beetje gammel. Omdat Christian toevallig tegen de avond langs kwam raadde hij mij aan om maar onmiddellijk aan de medicijnen te gaan. Tegen de palu (malaria) een kuur van 3 pillen, om de 12 uur één. Dat is alles. Tegen de fièvre typhoïd een doos van 24 pillen, 4 per dag. En dan nog paracetamol om de koorts naar beneden te krijgen. Voorlopig bleef de temparatuur steken bij iets meer dan 38 graden, maar die liep 's-avonds op tot boven de 39.
Om een uur of zeven word ik gebeld door de Nederlandse ambassade. Of ik dringend naar Mopti kon rijden, want in het ziekenhuis lag een Nederlander, die door een toerist aan de kant van de weg naar Gao was opgepikt. Op de een of andere manier was hij tegen het asfalt gesmakt. Bij aankomst bleek hij nauwelijks blessures te hebben. Hij ademde rustig, geeuwde van tijd tot tijd, ik probeerde met hem te praten, maar er kwam amper antwoord. Hij lag erbij alsof het een coma betrof.
De ambassade wilde hem eigenlijk direct naar Bamako vervoeren en ook dokter Keita was het daar mee eens. We spraken af dat we daar woensdag ochtend mee verder zouden gaan. Hij lag er eigenlijk wel rustig bij, zijn ademhaling was regelmatig.
Zijn fiets en al zijn bagage hadden ze bij hem op de "luxe" geclimatiseerde kamer gezet.
Echt goed geslapen heb ik niet en ik had afgesproken om half acht alweer in het ziekenhuis te zijn. Dus al om zeven uur ga ik met een ziek lijf op pad. Zou ik er vanaf zijn als ik zondag naar Bobo rijd?
Ik trof Aad rechtop in zijn bed, het was een verschil van dag en nacht. Hij was zichtbaar blij met mijn komst. Praten ging wel maar nog steeds niet gemakkelijk. Hij vertelde steeds eenzelfde verward verhaal van een ongeluk in 1974, toen hij een maand in coma had gelegen en gedeeltelijk verlamd was. De dokter vroeg hem of hij last van epileptie had en hij beaamde dat dat inderdaad van tijd tot tijd het geval was. Hij kan zich van het gebeurde niets herinneren, misschien is een epileptische aanval de oorzaak geweest. En hoe lang heeft hij langs de kant van de weg gelegen? Ik gaf hem zijn tas met belangrijke spullen terug en toen was er even paniek in de tent. "Where is my money, where is my money", schalde door de kamer. Ik had zijn tas met geld en papieren voor de veiligheid mee naar huis genomen. Het is mogelijk dat mensen geld hebben weggegrist, terwijl hij buiten bewustzijn op het asfalt lag. Het vreemde was ook, dat lang niet al zijn geld was gestolen, er zat zeker nog wel iets van 500 euro in zijn portemonnee.
Ik ben nu weer thuis. We moeten iets regelen voor zijn eten. Maar ik voel mij nu toch zo beroerd, dat ik direct mijn bed opzoek.
Vrijdag 14 november
Het gaat beter, ik ben een paar dagen redelijk ziek geweest, hoewel niet ondragelijk. Koorts, rillingen, spierpijn enzo. En ik moest af en toe overgegeven. Donderdag, ziek als ik nog was belde dokter Keita uit Mopti of ik kon komen, want onze Aad begon opstandig te worden. Hij zou agressief zijn geweest tegen de dokter en het verplegend personeel. Hij zou zelfs iemand hebben geslagen. Het ging er vooral om dat hij niet, of niet op tijd te eten kreeg. Ik had met Baba geregeld dat hij voor zijn eten zou zorgen en hij was gisteren inderdaad een beetje laat. Ik trof Aad aan in de kantine van het ziekenhuis, waar hij aan een eenvoudig bord rijst zat. In elk geval heeft hij zijn excuses aangeboden en gezegd dat het niet meer zou voorkomen. Vandaag willen ze hem uit het ziekenhuis ontslaan, misschien wel omdat ze hem liever kwijt dan rijk zijn.
Het is allemaal vervelend, zo zie je maar wat een rare snoeshanen er in de wereld rondfietsen, met wie je liever niets te maken hebt. Nu ga ik zondag lekker naar Bobo en ik hoop Aad niet meer te zien.
Ik ben alweer de hele dag bezig, ik moet vandaag de bestelling van de pompen en de zonnepanelen regelen. Anders lukt het niet meer om alles te kunnen meegeven aan Hans Taal met zijn busje. Het is een hoop geregel. Voor het eerst sinds dagen, dat ik normaal bezig ben. Ik heb Baba gevraagd om met mijn auto naar Mopti te rijdenom hem een grote beurt te geven, anders had ik het niet meer gered. Voor het eerst dat ik eigenlijk een "vreemde" in mijn auto laat rijden. Maar ik heb wel veel vertrouwen in hem, dat scheelt.
Maandag 17 november: Bobo
Ik had vrijdag ongelofelijk veel energie, ik heb geen idee waar ik die opeens vandaan haalde. Ik vermoedde reeds dat ik daar de volgende dag wel een terugslag van zou krijgen.
De dag had ook een laat einde, want het was zoals gebruikelijk filmavond. Tombraider, meer dan twee uur en het publiek genoot van de onzinnige film, JanJoost deed dat duidelijk minder. Baba wilde iets langsbrenegen, maar er waren volgens zijn zeggen 400 mensen, het was zo vol dat hij moest wachten tot de bisocoop uitging!
Zaterdag moest ik niet veel meer doen dan het pakken van mijn spullen voor de reis naar Bobo. Om te beginnen heb ik JanJoost op de bus gezet. Maar zoals ik gisteren al dacht, elke stap kostte me moeite en ik sleepte mijn van het ene kleine klusje naar het andere. Een korte dut tussen de middag was er niet bij. Ik kocht nog snel een aantal houten palen met Sékou in Sévaré. De grote hangar dreigde in te storten en ook dreigden twee papaya-bomen door hun eigen gewicht om te vallen. Dan was daar ook Aad nog in Mopti. Hij was uit het ziekenhuis ontslagen en logeert in een hotelletje dat door een Association des Femmes, alweer de vrouwen, wordt gerund. Hij betaalt daar 4000 CFA en dat is voor Moptische begrippen niet veel. Dus ik bezoek hem 's-middags en we hebben heel prettig zitten praten. De jongen is totaal veranderd en ik heb spijt dat ik niet meer voor hem heb kunnen betekenen. Maar ja, de malaria, die deed mij even de das om.
Hij vertelde hoe hij alweer 8 jaar op de fiets zit, hoe hij van dorp naar dorp rijdt en daar altijd onderdak krijgt. Hij eet en drinkt wat hij van de mensen krijgt en na een nachtje klimt hij weer op de fiets. Omdat hij geen Frans spreekt heeft hij een keurig geschreven briefje bij zich, waarin hij uitlegt wat zijn bedoelingen zijn. Er is altijd in het dorp wel iemand aanwezig die dat kan lezen. Trots laat hij een paar krante-artikelen zien, onder andere uit Nederland en Japan, waarin zijn heldendaden worden beschreven. En heldendaden zijn het gezien zijn gehandicapte verleden. Na zijn verlamming in 1974 heeft hij na een lange revalidatie bedacht dat Nederland geen land voor hem is. Sinds die tijd fiets hij door de wereld. Hij is een bijzondere jongen met veel moed. Ik hoop dat hij nog lang zo verder kan trekken, al zal het niet gemakkelijk zijn. Ik vind het jammer, ondanks mijn eerdere twijfels, dat ik geen enkel contact meer met hem zal hebben, hij heeft geen telefoon, geen email, geen adres!
Zaterdagavond vertoon ik The Simpsons, verdeeld succes, ik krijg de indruk dat tekenfilms minder worden gewaardeerd.
Zaterdag, ik sta vroeg op, ik pak mijn spullen en om zeven uur ben ik in Mopti. Baba is nagenoeg klaar en al spoedig kunnen we Gogo ophalen. Toch rijden we pas om half negen uit Sévaré weg. Na 200 kilometer moet er worden gestopt, want we hebben nog niet ontbeten. Gogo tovert twee gebraden kippen uit een pan en met wat brood erbij zitten we heerlijk langs de weg onder een boom. Even later rijden we door San naar Koutiala. Aldaar krijgen we gezelschap van Boureïma Guindo, een aardige, vriendelijke en praatgrage man, een Dogon van het ronde type, een beetje zoals Bakary. Hij heeft een Association die zich bezighoudt met voorlichting aan "les filles domestiques", meisjes vanaf een jaar of tien, die als hulp in de huishouding worden ingezet, die van toeten nog blazen weten en kwetsbaar het leven in gaan, niet vermoedend wat hen te wachten staat, nog voordat zij in een huwelijk verdwijnen. Zonder ook dat zij ook maar één vinger in de pap hebben met betrekking tot hun eigen toekomst.
Baba neemt het stuur van mij over, hij heeft nagenoeg nooit in mijn auto gereden, maar hij bestuurt de auto alsof hij nooit anders heeft gedaan. Hij rijdt tussen de 100 en de 120 kilometer, alsof ik het zelf ben. Guindo trakteert ons onderweg op geroosterd vlees en niet veel later passeren we de Malinese grens. Het uit-stempel is snel gezet en we rijden een vijftal kilometers door het niemandsland tot we bij de Burkinabés komen. De douaniers zijn ook hier bijzonder aardig en helpen ons snel verder. Om vier uur rijden we Bobo Dioulasso binnen. Onderweg halen we een bachée in die volgeladen is met koeien. Het is een afgrijselijk gezicht hoe sommige koeien, aan hun poten vastgebonden over de rand van de aftandse auto hangen. Hun leed moet ondraaglijk zijn op de weg die vol kuilen en gaten zit, terwijl ze zich ook niet kunnen bewegen, doordat hun poten bijelkaargebonden zijn. Ik probeer een paar foto's te maken, maar ik zit achterin en daar kan het raam niet open. Ik ben geschokt. Ik dacht altijd dat de auto's in Mali volgeladen werden, maar hier in Burkina Faso doen ze er nog een schepje bovenop. Ik heb ook nooit een politiecontrole gezien, zoals je die in Mali overal hebt.
Franca en haar echtgenoot Moctar verwelkomen ons. Moctar kan zich prima redden in het Nederlands. Op aanraden van Franca heb ik hem aangesproken over compressors. Hij vertrekt woensdag naar Nederland en zegt dat het niet zo'n probleem is een compressor te vinden en als ik voor het geld zorg, kan hij het apparaat kopen en in een vrachtwagen laden en naar Bobo versturen. Dan hebben wij hier alleen nog te zorgen dat hij naar Sévaré komt. De kosten zijn volgens hem te overzien. Moctar vertelt dat hij ook voor Joop en Amatigue heeft gewerkt. De wereld is klein.
Franca voorziet de totale groep van 10 mensen nog van een heerlijke maaltijd en iedereen verdwijnt redelijk laat naar zijn of haar luxe kamer van Auberge Villa des Roses om van een heerlijk rustige nacht te genieten.
Vandaag is het dus maandag.
Na het ontbijt gaat de telefoon. Ik herken het nummer niet en ik neem niet op. Toch kostte het mij meteen al mijn krediet, ondanks dat ik nhet toestel niet eens heb aangeraakt. Als ik mijn krediet controleer, is van mijn 2500 Fcfa nog maar 140 over! In de naastgelegen telefooncel bel ik het nummer, het blijkt van de Nederlandse ambassade te zijn, die van mij wilden horen hoe het met Aad is afgelopen. De hele groep rond L'Association V!ve l'Initiative is zo'n beetje present als we de in aanbouw zijnde technische school van Moctar bezoeken en aansluitend de maternité die met hulp van V!ive is opgeknapt.
Dinsdag 18 november
Ah, ik heb een beetje kort geslapen. Moctar is een nachtmens, hij nam Guindo, Baba en mij mee voor een nachtelijk tochtje met de auto door Bobo. Het ziet er in het donker nog steeds indrukwekkend uit, er moet veel meer activiteit zijn dan in Mali. We bezoeken terloops een plek die heel goed overeenkomt met wat ik qua cultureel centrum in mijn hoofd heb. We blijven uiteindelijk steken in een verschrikkelijke bar. In het midden van een soort binnenplaats bevindt zich een ruimte waar de jongens en meisjes van Bobo dansen, temidden van keiharde disco-muziek.
De meisjes zijn spaarzaam gekleed ze zijn allemaal zwaar opgemaakt, gladgestreken haren met gel, of met pruiken van plastic haar. De jongens gaan slordiger door het leven. Mij bevalt de te harde muziek niet en hoeveelheid drank die wordt geschonken. De tafels staan vol met lege halve literflessen bier. Een gesprek is niet mogelijk. Rond één uur val ik als een blok in slaap.
Woensdag 19 nvember
Vooral Baba klaagt over het koude water en gaat steeds bij Gogo onder de douche, die heeft warm water. Ik kan mij daar wel iets bij voorstellen, ik moet mij ook vermannen om onder de koude straal te gaan staan. Totdat wij erachter kwamen dat ik bij mij de boiler kon inschakelen, zodat de naastgelegen kamers ook warm water zouden hebben. Voor het eerst in Afrika heb ik vanmorgen onder een warme douche gestaan en dat was heel prettig!
Ik heb mij gisteren aan het protocol onttrokken, nadat we 's-ochtends eerst een Lyceum hadden bezocht waar V!ve een aantal meisjes heeft ondergebracht. 's-Middags ben ik de stad in geweest. Op de grote markt werd ik onophoudelijk belaagd door mensen die mij weer allerlei toeristisch spul wilden verkopen, het lijkt Mopti wel. Ik ben hier tenslotte niet veel meer dan een toerist. Dat maakte de markt een beetje vervelend. Bobo is een overzichtelijk drukke stad, lang niet zo gigantisch druk als Bamako en het heeft nog steeds iets zeer gemoedelijks. Al snel kwam ik een supermarkt tegen en later nog eentje. Het zijn eenvoudige en sobere winkels die door Libanezen worden gerund, maar ze hebben heel veel. Een hele vitrine vol kaas en worst en veel spul wat je in Séveré niet kunt krijgen. Mijn belangstelling gaat voornamelijk uit naar de hoek van de drank. Mijn ogen beginnen te glimmen als de flessen whiskey mij toelachen voor een prijs van rond de 1300 cfa (0,80 euro)! Dat wordt inslaan als we vertrekken. Ik twijfel niet de hele winkelvoorraad aan kerrie te kopen, 4 gele zakjes, nooit gezien in Afrika. Ik zeg altijd maar, zonder kerrie kan ik niet leven.
We logeren in Hotel Villa de Roses. Als u ooit in Bobo mocht komen, kan ik u dat natuurlijk van harte aanbevelen. Het is eigendom van Moctar en Franca en het wordt gerund door Barou en Oumar, die met een tomeloze inzet het verblijf trachten te veraangenamen. De auto wordt elke dag gewassen, liefst ook de binnenkant. Ze doen de was, ze poetsen schoenen, het houd niet op. En tegen zeer schappelijke prijzen. Via Wifi kan ik vanaf mijn kamer internetten.
Regelmatig schuifelt een Mauretaanse vrachtwagenchauffeur voorbij met elke dag op zijn minst een andere Burkinabese schoonheid. Tegenover het hotel bevindt zich een douanekantoor en het krioelt er van de internationale vrachtwagens. De meisjes weten de chauffeurs wel te vinden.
Ondanks dat ik internet heb hier valt het niet mee om daar gebruik van te maken. Franca heeft een druk programma in elkaar gezet en het valt niet mee om nog veel tijd te vinden voor dagelijkse contacten. 's-Ochtends bezoeken we meestal projecten en 's-middags is het steeds weer eten en vergaderen. Ik heb in principe niet zoveel met de Stichting V!ve l'Initiative te maken, maar het wordt gewaardeerd dat ik er bij zit. En dan is het alweer bijna etenstijd. We hebben het erg gezellig, er wordt veel gelachen en Franca legt ons in de watten. Zoals gisteren. We bezoeken na het ontbijt eerst een Association des femmes die zich bezig houdt met ophalen van afval per ezelkar en die daarvoor ook micro-kredieten heeft afgesloten. Daarna rijden we naar de kapperssalon van Alima, die jonge meisjes opleidt tot kapster. 's-Middags help ik de invalide Ibrahim met het verwijderen van een kolossale hoeveelheid virussen en verleng ik mijn visum voor Burkina Faso met een vol jaar. Ik heb blijkbaar grootse plannen!? Het avondeten vindt deze avond plaats in het huis van Franca zelf, we hebben een heel gezellige avond, een glas rode wijn met weer verschrikkelijk lekker eten en pistache-ijs toe.
Donderdag 20 november
De dag begint met een bezoek aan het dorp Samandeni, op 35 kilometer van Bobo, waar een bouwmethode werd uitgebrobeerd die slechts 10 procent bedraagt van de normale kosten. Zo op het eerste gezicht kan dat niet kloppen. Er is wel degelijk cement en beton gebruikt en voornamelijk het dak is volledig van het goedkope banco (leem). Het zou nuttig zijn om te weten te komen wat de werkelijke kosten zijn. We eten des-middags bij de broer van Moctar. We worden getracteerd op een enorm bord rijst met vlees en groenten. Daarna brengen we een bezoek aan een handelaar in bouwmachines, die twee compressors te koop heeft. Eentje val al snel af, die is te oud, maar de andere is wel degelijk interressant. Hij heeft een solide Deutz motor en het ziet er goed uit. Het apparaat is echter niet op een aanhangwagentje gemonteerd, dat is een punt van aandacht. Bij navraag naar de pijs versprak de eigenaar zich. Hij vroeg in eerste instantie 1,5 miljoen, die hij direct verhoogde naar 2,5 miljoen CFA. Dus daar valt misschien wat te voordeel te vinden. Het is een interessant apparaat, maar zonder karretje is het niks. De middag wordt doorgebracht op een markt voor tweedehands kleding. Iedereen slaat zijn slag met voornamelijk kinderkleren.
Vanavond eten we bij de Franse buren van Franca, die er gisteravond ook bij waren.
Zaterdag 22 november
Het is vandaag de laatste dag. Mijn reisgenoten hebben massaal spullen ingekocht op de markt van Bobo. Stoffen, tweedehands kleding, een gehaktmolen, en weet ik veel nog meer. De auto zal compleet volgestouwd terug moeten naar Mopti. Ikzelf heb mij ook niet onbetuigd gelaten, ik heb een echt afdruiprek gevonden, ik heb een hele doos whiskey gekocht met 12 flessen erin, waar je in Nederland nog niet eens één fles voor koopt (1 euro per fles). Ik heb ook een hele zak dikke jassen gekocht voor de Sanogo's, de koude tijd komt eraan!
Moctar, zit nu in Nederland en tout de suite heeft hij voor mij een compressor gevonden, typisch genoeg dezelfde als die hier in Bobo te koop staat. Moctar kent de wegen en weet het apparaat hier te krijgen tegen lagere kosten dan als ik hem hier koop. Het klinkt een beetje bizar. Een ander voordeel is dat er al een slang bij zit en een boorhamer en een normale aanhangwagenkoppeling, zodat ik het karretje met mijn eigen auto kan trekken. We moeten dan alleen nog zien hoe hij in Mopti komt, maar dat is niet meer het grootste probleem. En misschien moet ik gewoon rijden!
Vanmorgen is het min of meer rust. We bezoeken een plek waar plastic zakken worden gerecycled tot tassen en ander spul. We zien hoe het gewassen plastic aan repen wordt geknipt en daarna wordt verweven tot stoffen op een weefgetouw. En we bezoeken een potterie, waar potten en allerlei aardewerk wordt gefabriceerd op authentieke wijze. En 's-middags sla ik de rest van de drank in, flessen gin, pernod, rhum, 12 stuks en ook een hele doos Sangria. Dan kan ik lekker vooruit in Sévaré.
Ik heb opeens last van mij rug, een vreemde kloppende pijn, die ik niet van eerder ken. Voorlopig doet een paracetamol wonderen! Vanavond eten we in de auberge van Franca en gaan we naar een dansvoorstelling in het Frans cultureel centrum.
Franca, dank je wel voor de fantastische week, voor de gastvrijheid, het lekkere eten!
Dinsdag 25 november 2008
Tsjonge, het wordt een lange nieuwsbrief, verslag van drie weken.
Zondag zijn we teruggereden met de auto volgeladen tot aan het dak. Ik geloof dat we meer bagage hadden dan toen ik vanuit Nederland naar Mali reed. Een emorme doos met yams (grote knollen) hebben we achter moeten laten, geen ruimte meer en te zwaar. Bovendien is dat een beetje onzin, yams kun je overal in Mopti en Sévaré kopen. De grens kende geen problemen. Ik was een beetje bang dat mijn goedkope whiskey toch nog dure whiskey zou worden, maar dankzij het charmante en joviale optreden van Guindo, die overal zijn vriendjes heeft, werd er niet meer naar de inhoud van de auto gekeken. Vooral de bemiddeling van zijn vriend Jacky deed wonderen. De man doet dienst op een wonder van techniek, zoals je dat in Mali niet bepaald zou verwachten. Ze hebben in grensplaats Sona een mobiele container-scanner, waar gigantische vrachtwagens beladen met containers in een mum van tijd op hun lading worden gecontroleerd. Minpuntje: ik mocht geen foto maken. In Koutiala konden we zo ongeveer de helft van de lading lossen. Guindo had zich een ongeluk gekocht en hijzelf mocht er ook zijn. Hij had het er steeds over dat alleen al zijn immense buik een kilootje of 35 woog, niet gezond. De rest van de reis was verder een eitje, Baba reed de laatste paar honderd kilometer. Het jongetje dat plotseling zonder te kijken de weg overstak achter zijn koeien aan, konden we ternauwernood ontwijken. Baba had naar huis gebeld en huisgenoot Aissa had voor ons nog een heerlijke maaltijd bereid.
Het was al donker toen ik met de auto voor de poort verscheen. De deuren klapten zoals gewoonlijk open en de Sanogo's dansten van vreugde. Sékou leidde mij door het huis en vertelde vol trots dat hij zijn vrije zondag had opgeofferd om flink schoon te maken. Dank jullie wel, het is fijn thuiskomen zo. Sékou was blij met een paar echte schoenen, Founé met lakens en de kinderen blij met allemaal een nieuwe (oude) jas.
Van de maandag valt verder niet veel te vertellen. Van 1 tot 5 doe ik computeronderhoud bij de Technische school. Drie mensen vragen mij of ik geen werk te bieden heb. De werkeloosheid is werkelijk schrijnend. Mijn avondeten bestaat uit gebakken aardappels met veel knoflook en een gebraden duif uit eigen lucht.
Woensdag
Voorlopig ook geen interessante dag. Vanmorgen installer ik een splinternieuwe notebook voor zuster Marietta en ik vernieuw de website van Stichting Mopti. Vanmiddag breng ik een bezoek aan de tuin in Sangubaka en ik ben zeer tevreden hoe het daar inmiddels gaat. Overal zie ik nieuwe veldjes met aanplant, ingenieuze bouwsels om zaaigoed te beschermen tegen de felle zon. Ik spreek een vergadering af voor volgende week woensdagmiddag. Ik rijd naar Mopti om een ventilator te kopen om te monteren onder de computertafels. De muggen zitten continu te loeren op een bloot plekje op mijn benen en ze houden niet van wind. Ik heb er in Mopti wel eentje gekocht, maar die is zo groot dat hij niet onder mijn tafel past. Terwijl ik in Mopti ben belt Paul, ze zijn in Sévaré gearriveerd. De Sanogo's hebben gedanst, Founé maakt de tafel buiten nog een keer schoon.
Geen interessante dag? Met de komst van Paul en Kim is daar verandering in gekomen. Ik had eigenlijk een hele rits Sinterklaasliedjes moeten zingen. Ik werd overdonderd met een vracht aan cadeaus en bestellingen. Blikjes schelvislever, 5 rookworsten, drie pakken zuurkool, twee pakken CD's, een grote doos kraanleertjes, een gereedschapset, kerry, een electrische citruspers, oh, sardine paté, een mobieltje en een notebook van Pieter, twee paar sandalen, post en nog veel meer. Ik kan mijn geluk niet op. Ja en niet te vergeten een microscoop en een bloeddrukmeter, misschien voor Christian! En dan hebben we ook Jaqueline, de dochter van Joop, die liever bij mij overnacht, dan bij Amatigue, daar vindt zij het net iets te basic.
Zaterdag 29 november
Donderdag en vrijdag waren twee stressy dagen. Ik had de opdracht om de virsussen te verwijderen van de notebook van de directeur van de belastingdienst, maar ook na de nodige acties was het apparaat niet meer vooruit te branden. Dus besloot ik ten einde raad maar tot een nieuwe installatie. Omdat veel software niet voorhanden was kostte mij het downloaden ook veel tijd. Aan het eind van de donderdag, na uren werk dus, had ik eindelijk het apparaat draaiend als een zonnetje, behalve ......, dat de DVD-speler opeens niks meer deed. Aan de speler zelf kon het niet liggen, want ik kon de computer er gewoon mee installeren. Om niet al te technisch te worden, ik dacht dat het aan Windows lag en besloot tot tweemaal toe om de computer opnieuw te installeren, eigenlijk steeds met hetzelfde resultaat. Nu, zaterdag, geef ik het op. Gisteravond had ik een beetje rekening gehouden met mijn bezoek en ik draaide The great dictator met Charlie Chaplin. De film was in het Engels en er werd meer in gesproken dan ik mij herinnerde, dat was enigszins jammer, maar ondanks een beetje gemorrel, vonden ze de film wel leuk, Charlie Chaplin is eigenlijk altijd goed.
Ik stop ermee, het verhaal wordt te lang en ik heb niet veel belangrijke dingen te vertellen. Misschien alleen nog dat ik vanmorgen 70 muggen heb opgezogen.
Zondag 30 november.
Het is een veel te lange nieuwsbrief geworden en ik de tijd ontbrak om er echt iets leuks van te maken. U mist niets als u hem niet leest.
Gisteravond trouwens was de tekenfilm Pinoccio van Walt Disney wel een groot succes.
|